JOURNALISTIEK # CD-bespreking
Swingend Addis
Ethiopiques 18 - Budamusique - 19,90 euro
Verschenen in Indigo Nummer 5, 2004
Ethiopiques 18

 

Swingend Addis
Ethiopiques 18 - Budamusique - € 19,90


door Matthijs Blonk

In de jaren 60 en begin jaren 70 was Addis Abeba een hippe stad met een actief uitgaansleven. De Ethiopische muziekscene maakte een bloeitijd door en absorbeerde invloeden van over de hele wereld, om daar vervolgens een Ethiopische draai aan te geven. Vooral de Ethio-jazz en funk hebben veel swingende muziek opgeleverd die nog altijd overeind staat.

Deze periode viel samen met de nadagen van Ras Tafari, de Amhaar die in 1930 gekroond werd als keizer Haile Selassie, de Leeuw van Juda. Zijn decadente bewind kwam steeds verder in opspraak waarop hij in 1974 werd afgezet. Majoor Mengistu Haile Mariam nam de macht over en gaf leiding aan een dictatoriaal marxistisch bewind dat de grote bedrijven nationaliseerde en de bezittingen van grootgrondbezitters en de kerk confisqueerde. Met de oppositie werd hardhandig afgerekend en ook de rest van de Ethiopische samenleving werd flink afgeknepen. Artiesten konden zich niet langer ontwikkelen en velen zochten een andere bron van inkomsten. De extreme droogte van 1987 veroorzaakte een hongersnood die in de hele wereld het beeld van Ethiopië vestigde als een straatarm en hulpbehoevend land.

Éthiopiques Ethiopiques

Het tij keerde na de machtswisseling van 1991. De artiesten konden hun beroep weer uitoefenen en nadat de avondklok was opgeheven bloeide het nachtleven op. Vanaf dat moment begon de Fransman Francis Falceto veelvuldig naar Ethiopië te reizen. Falceto is kenner van de Ethiopische muziek en was al in de gloriedagen tussen 1965 en 1975 regelmatig in Addis Abeba te vinden. Hij legde contact met Amha Records, dat in de jaren 60-70 honderden platen van Ethiopische artiesten uitbracht. Een selectie hiervan verscheen in 1997 bij het Franse label Budamusique op cd onder de titel Éthiopiques. Het was de eerste in een serie, die onder Falceto’s supervisie zou uitgroeien tot een hommage aan de Ethiopische muziek, gevat in aantrekkelijke kleurige hoesjes.

Nummer één vormt een staalkaart van de muziekstijl waar Éthiopiques zich in latere uitgaven vooral op zal richten. Een mix van funky jazz met een authentieke Ethiopische klank. Het elektronisch orgel is net uitgevonden en wordt veelvuldig gebruikt. Ook blazers zijn rijkelijk vertegenwoordigd, en dan vooral de sax, waaraan Éthiopiques nr. 14 gewijd is.

Een van de namen op de eerste cd is Mahmoud Ahmed. Zijn ietwat zwoele swingende muziek is ook te horen op Éthiopiques 6 en 7, die geheel aan hem zijn opgedragen. De westerse invloed op de Ethiopische muziek krijgt wel heel letterlijk gestalte op de 15e Éthiopiques. Jump to Addis, een gelegenheidsformatie van Europese en Ethiopische muzikanten voert een aantal traditionele Ethiopische nummers uit, waaronder Bèlomi bènna van Mahmoud Achmed, dat zo helder en puntig gespeeld wordt dat het origineel ineens een modderige geluidsbrij lijkt.

Deze kruisbestuiving werkt ook de andere kant op. De anarcho-punkband The Ex uit Wormerveer toog begin 2002 en 2004 voor een concertserie naar Ethiopië, in gezelschap van slagwerkfenomeen Han Bennink. Na afloop lieten ze bij wijze van muzikale ontwikkelingssamenwerking hun instrumenten achter. Begin dit jaar gaf The Ex een reeks concerten in Nederland waarin ze covers van Ethiopische muziek speelden, maar dan op de aanstekelijke Ex-manier en met het instrumentarium van een punkband. Na de pauze was het de beurt aan een groep Ethiopische artiesten. De uiterst zachtmoedig zingende Alèmu Aga (te horen op Éthiopiques 11) begeleidde zichzelf op de Begena, een inheemse harp die gelijkenis zou vertonen met de harp van de bijbelse Koning David. Verder was er een groep Azmari’s, Abbessijnse minstrelen die in Ethiopië optreden in kleine barretjes, waar mensen ook spontaan de ekesta dansen en met een begerenswaardige losheid hun bovenlichaam laten schudden en rollen. Bij de ekesta wordt het borstbeen ritmisch naar voren geduwd, waarbij vooral de schouders soepel bewegen.

Ethiopiques 2 Éthiopiques 2

Aan deze Azmari muziek is de meest recente uitgave in de reeks Éthiopiques gewijd, nummer 18. Falceto pakt daarmee de draad weer op van nummer 2, waarop gedeeltelijk dezelfde muzikanten figureren. Afgezien van nummer 12, met prachtige recente veldopnamen van de Konso, een volk van 125.000 mensen in het zuiden van Ethiopië, zijn de akoustisch gespeelde Azmari cd’s het meest inheems. Er wordt vooral gespeeld op de màssenqo, een eensnarige viool, en op de accordeon. De zang is minstens zo belangrijk als de muziek, niet alleen om de klank maar ook vanwege de Amhaarse tekst.

Falceto schrijft in het begeleidende boekje dat de Azmari in Ethiopië een constante stroming zijn. Populair op bruiloften en partijen, in cabarets in Addis en in zijn meest authentieke vorm te vinden in de dranklokalen van provinciesteden. Hij meent dat de Ethiopische muziek nooit meer het elan van de jaren 60-70 heeft bereikt. Na een korte opleving veroorzaakte de oorlog tussen Ethiopië en Eritrea (1998-2000) opnieuw een malaise in het uitgaansleven, dat volgens Falceto ook te lijden heeft onder de AIDS-epidemie.

Maar sommige oudgedienden blijven stug doorgaan, Mahmoud Ahmed treedt nog regelmatig op in Europa en de eerstvolgende Éthiopiques, nr. 19, wordt door hem volgespeeld.
www.budamusique.com

© Matthijs Blonk / Indigo / 2004

 

Terug naar Journalistiek Top